1901
Door dat de tramlijn erg licht was gebouwd en het materiaal niet van erg goede kwaliteit was moest de tram langzaam rijden.Hierdoor was de reistijd erg lang. Ook was het een groot probleem dat de tramlijn het Noordzeekanaal over moest.Dit gaf problemen als de tram te laat was en de brug open was voor de scheepvaart.Ook gebeurde het regelmatig dat een schip de brug aanvaarde en deze eerst gerepareerd moet worden voor deze weer kon worden gebruikt. Dit duurde soms enige dagen. | ||
De TN behaalde hierdoor slechte resultaten. Op 16 arpil 1901 werd het beheer overgenomen door MET (maatschappij tot exploitatie van tramwegen) uit 's Gravenhage. | Door dat er steeds grotere schepen via de sluizen naar Amsterdam moesten werd het kanaal steeds wat verbreed en dieper gemaakt. Uiteindelijk waren er plannen om het kanaal te gaan verbreden naar een bodembreedte van 50 meter wat resulteerde dat het kanaal 100 meter breed werd. | |
Omdat dan de voetbrug niet meer gebruikt kon worden werden er twee vrij varende radarponten besteld. Deze werden afgeleverd op 24 december 1901. De ponten waren beide voorzien van 35 meter tramspoor ( Vignoles). Aan beide oevers waren beweegbare toegangsbruggen aangebracht die op de verlaagde stevens van de pont pasten waardoor het mogelijk was een tram in zijn geheel op de pont te rijden. |